zaterdag 21 juni 2014

DAG 54: EEN DAGJE OP HET EILAND VÁGAR


IJSLANDREIS 2014
29-04-2014 > 27-05-2014
28-05-2014 > 29-05-2014
30-05-2014 > 13-06-2014
14-06-2014 > 25-06-2014






Dag 54: zaterdag 21 juni 2014

Traject:
Sandavágar (FO) > Sandavágar (FO)
Via:
Midvagár-Sörvagár-Bour-Gásadalur
Kilometer auto:
64 km
Kilometer totaal:
10.943 km
Km-teller auto:
011.183
Weer:
Zwaar bewolkt met ’s morgens af en toe lichte regen, 12 graden.

DAG 54: EEN DAGJE OP HET EILAND VÁGAR


Gásadalur, een dorpje aan het eind van de weg van het eiland Vágar én aan het einde van de wereld (Gásadalur, eiland Vágar, Faroer)

De diep ingesneden kust van Vágar en het eiland Tindhólmur
(Gásadalur, eiland Vágar, Faroer)
Stilleven van wegroestend landbouwwerktuig en dotterbloemen
(Gásadalur, eiland Vágar, Faroer)
Uit de bewolking doemt aan de horizon het eiland Mykines op
(Gásadalur, eiland Vágar, Faroer)
Pas sinds 2006 verbindt een tunnel Gásadalur met de buitenwereld
(Gásadalur, eiland Vágar, Faroer)
Zicht op het eiland Tindhólmur
(Bour, eiland Vágar, Faroer)
Natuurlijke zandsculpturen op het strand van Sörvágar
(Sörvágar, eiland Vágar, Faroer)
Midvágar, het grootste dorpje op het eiland Vágar
(Midvágar, eiland Vágar, Faroer)
Monument van dichter Mikkjal á Ryggi, geboren in Midvágar 
(Midvágar, eiland Vágar, Faroer)

Groetjes van Sven

DAG 53: WE BLIJVEN NOG EVEN HANGEN OP DE FAROEREILANDEN


IJSLANDREIS 2014
29-04-2014 > 27-05-2014
28-05-2014 > 29-05-2014
30-05-2014 > 13-06-2014
14-06-2014 > 25-06-2014






Dag 53: vrijdag 20 juni 2014

Traject:
op zee > Sandavágur (FO)
Via:
Tórshavn
Kilometer auto:
41 km
Kilometer totaal:
10.879 km
Km-teller auto:
011.119
Weer:
Deels bewolkt met af en toe een bui maar ook zonnig perioden, 18 graden.

DAG 53: WE BLIJVEN NOG EVEN HANGEN OP DE FAROEREILANDEN


Droogvis in de haven van Tórshavn, hoofdstad van de Faroereilanden (Tórshavn, Faroer)

Om 1 uur vannacht liet mijn smartphone me voor de tweede opeenvolgende keer weten dat het tijd was om op te staan. Er werd voor de reizigers die in Tórshavn zouden uitstappen geen waaksein gegeven en aangezien de kajuit twee uur vóór aankomst moest ontruimd zijn (begrijpelijk omdat de kajuiten moeten worden gereed gemaakt voor de nieuwe passagiers) moest ik er nu wel uit. Ik bleef toch nog een kwartiertje liggen, maar dan moest toch wel opstaan, wilde ik niet in conflict geraken met de leden van de schoonmaakploeg.

Buiten zag je bij een diepe schemering de eerste eilanden van de Faroerarchipel voorbij schuiven. De zee was nog steeds uitermate kalm. Ik verliet mijn kajuit en nam plaats in de lobby en vertrouwde het verslagje van gisteren toe aan mijn computer.

Rond 2.30 uur kregen we te horen dat we naar het garagedek mochten en na wat getril en gemanoeuvreer lag de Norröna aan de kade vastgemeerd. Ongeveer 5 minuten later mochten we buiten rijden en de Faroerse douane was zo vriendelijk om me er deze keer niet uit te pikken voor nader onderzoek en lastige vragen. Een onfortuinlijke IJslander vóór mij had minder geluk en mocht de onderzoeksgarage van de douane binnen rijden.

Ik reed de slapende stad binnen en stelde me op een parkeerplaats in de buurt van de haven. Het was 3 uur en ondertussen had de schemering weer plaats gemaakt voor daglicht. Ik maakte nog een wandelingetje door de stille straatjes en ging naar de haven om de Norröna weer te zien vertrekken. Om 4 uur was het dan zover en statig gleed het schip de haven uit, op weg voor een lange zeetocht naar Hirtshals in Denemarken. Pas zondagavond zal het schip terug aanleggen en dan begin ik ook aan mijn trip naar het Europese vasteland.

Ik ging terug naar de auto en probeerde daar toch nog een paar uren de slaap te vatten in een ongemakkelijke ligging. Wonderwel moet het me toch wel gelukt zijn, want rond 7 uur werd ik terug wakker van de eerste activiteiten die zich in de stad ontplooiden.

Ik maakte een fikse ochtendwandeling en ging een koffietje gaan drinken in de havenwijk. Daarna slenterde ik doorheen het stadscentrum tot in de late namiddag. Er moest nog wat eten worden aangekocht voor de volgende dagen, het postkantoor moest nog worden aangedaan voor vrienden die postzegels verzamelen, er was een aantal boekenwinkels en rommelwinkeltjes die aan een nader onderzoek moesten worden onderworpen, enz… Het was soms redelijk warm en af en toe scheen de zon, hoewel er ook soms een mals regenbuitje viel.

Om 17 uur reed ik Tórshavn uit in de richting van Vágar, één van de westelijk gelegen eilanden van de archipel, die de volgende twee dagen als uitvalsbasis zou gaan dienen. Een 6 kilometer lange toltunnel verbindt het eiland met Streymoy, het eiland waarop de hoofdstad ligt. Een uurtje later was ik ter plaatse in Sandavágar, een klein kustdorpje aan de zuidzijde van het eiland. Vanuit het guesthouse had je een prachtig uitzicht op een baai waarin de steil uit zee oprijzende eilanden Koltur en Hestar liggen.

Ik maakte nog een strandwandeling en ging daarna vroeg slapen om de verloren uurtjes van vannacht in te halen. Ook hier op de Faroereilanden blijft het nog licht, alhoewel het rond middernacht wat schemert, maar dat kon ook zijn doordat het zwaar bewolkt was.  

De Norröna kiest het ruime sop en keert pas zondagavond terug
(Tórshavn, Faroer)
Het eiland Koltur ligt vóór de Vágafjördur
(Sandavágur, Vágar, Faroer)
Pizzaminnende meeuw
(Tórshavn, Faroer)         
De haven van Tórshavn met (onbemande/ onbevrouwde) visstalletjes
(Tórshavn, Faroer)
Pittoreske naar de zee toe aflopende straatjes van Tórshavn
(Tórshavn, Faroer)
Het kerkje van Sandavágur 
(Sandavágur, Vágar, Faroer)
Bruin schaap met op de achtergrond het eiland Nólsoy 
(Tórshavn, Faroer)
Plagerijtje of toch latent racisme?
(Sandavágur, Vágar, Faroer)

Groetjes van Sven

DAG 52: TOT WEERZIENS, IJSLAND!


IJSLANDREIS 2014
29-04-2014 > 27-05-2014
28-05-2014 > 29-05-2014
30-05-2014 > 13-06-2014
14-06-2014 > 25-06-2014






Dag 52: donderdag 19 juni 2014

Traject:
Reydarfjördur (IS) > op zee
Via:
Egilsstadir-Seydisfjördur
Kilometer auto:
61 km
Kilometer totaal:
10.838 km
Km-teller auto:
011.078
Weer:
Zwaar bewolkt maar droog, 13 graden.

DAG 52: TOT WEERZIENS, IJSLAND!


Kaap Dalatangi, de plek waar je IJsland begroet en er afscheid van neemt als je met de boot gaat (Dalatangi, Oostfjorden, IJsland)

Vanmorgen ging de wekker van mijn smartphone onverbiddelijk af om 6.45 uur, nu niet direct ontiegelijk vroeg maar voor vakantie toch ook geen uur om uit te slapen. Ik maakte me snel klaar en beneden had Jón reeds voor ontbijt gezorgd. Ik mocht bij hem aan tafel komen zitten en praatten in het Engels over de IJslandse en Belgische kwesties. Rond 7.30 uur kwam ook Gunter binnen en we namen afscheid van elkaar, plechtig belovend dat we elkaar zeker volgend jaar zouden terug zien, hetzij in de winter, hetzij in de zomer, hetzij in IJsland, hetzij in Oostenrijk.

Ik reed de 60 laatste kilometers door IJsland naar Egilsstadir en daarna over de Fjardarheidi naar Seydisfjördur. De bergpas zelf was vrij, maar de omgeving deed nog steeds heel erg winters aan op deze 19-de juni. Alles was nog steeds overvloedig besneeuwd en zelfs de bergmeren lagen nog onder een flink pak ijs, dat hier en daar wel wat begon te smelten.

In Seydisfjördur was het zoals steeds een drukte van aankomende reizigers die de Norröna naar de Faroereilanden en Denemarken terug namen. Nog snel even mijn laatste IJslandse kronen in de plaatselijke supermarkt opgedaan aan nog wat doosjes ‘Rúsínur med Súkkuladi’, ofwel rozijnen met een chocoladelaagje rond (‘Rustinnekes’ naar de vrije vertaling van mijn pa).

Daarna was het aanschuiven om in te checken en voor ik het wist stond ik in de rij op de kade om te wachten op de komst van de Norröna, die nog moest arriveren rond 9.30 uur. Klokvast verscheen de boot rond datzelfde uur in de fjord en dan begon een gigantische operatie om de nieuwe toeristen te lossen en de terugkerende reizigers de boot op te krijgen, samen met heel wat opleggers die ook naar het Europese vasteland terug moesten.

Om 11.30 uur was dat allemaal daadwerkelijk achter de rug en even klokvast nam de Norröna en bijgevolg ook ikzelf afscheid van IJsland. We voeren nog een half uurtje de Seydisfjördur door naar de open oceaan, voorbij Kaap Dalatangi. Het oceaanoppervlak was ongewoon plat als een biljartlaken, want er was geen zuchtje wind. Goede vooruitzichten op dat vlak dus. De Oostfjorden verdwenen mist aan de horizon en deze zesde expeditie naar IJsland was weer geschiedenis.


Ik genoot van mijn kajuit met zicht op zee en rond 18 uur ging ik wat eten. Hierna keek ik nog wat filmpjes, maar om 21 uur ging ik bij volle licht toch onder zeil, want vannacht komt de Norröna om 3 uur in Tórshavn aan, de hoofdstad van de Faroer. Aangezien ik hier nog drie dagen blijf hangen, moet ik er om 1 uur onherroepelijk uit. Een korte nacht in het verschiet dus.                

De Norröna arriveert rond 9.30 uur in de haven van Seydisfjördur
(Seydisfjördur, IJsland)
Laatste groet aan de fier wapperende IJslandse vlag
(Norröna)
De zuidelijke Oostfjorden verdwijnen geleidelijk aan de horizon
(Oostfjorden, IJsland)
Klaar om het garagedek van de Norröna op te rijden
(Seydisfjördur, Oostfjorden, IJsland)
De stille verlatenheid van de Seydisfjord 
(Seydisfjördur, Oostfjorden, IJsland)
Zeekaart waarop de waterdiepte van de Seydisfjord staat aangegeven
(Norröna) 
De Norröna kiest het ruime sop van de North Atlantic
(Seydisfjördur, Oostfjorden, IJsland)
Onder een sombere wolkenlucht neem ik na ruim 6 weken afscheid van IJsland
(Seydisfjördur)

Groetjes van Sven

donderdag 19 juni 2014

DAG 51: EEN LAATSTE RONDJE OM HET (NIET) AF TE LEREN!


IJSLANDREIS 2014
29-04-2014 > 27-05-2014
28-05-2014 > 29-05-2014
30-05-2014 > 13-06-2014
14-06-2014 > 25-06-2014






Dag 51: woensdag 18 juni 2014

Traject:
Borgarfjördur Eystri (IS) > Reydarfjördur (IS)
Via:
Egilsstadir-Fáskrudsfjördur
Kilometer auto:
223 km
Kilometer totaal:
10.777 km
Km-teller auto:
011.017
Weer:
’s morgens regenachtig en zeer veel wind, dan droger en in de namiddag brede opklaringen, 18 graden.

DAG 51: EEN LAATSTE RONDJE OM HET (NIET) AF TE LEREN!


Vuurtoren op het einde van de Reydarfjördur, de langste in zijn soort van de Oostfjorden (Reydarfjördur, Oostfjorden, IJsland)

Om 5 uur vanmorgen werd ik wakker met uitzicht op een spiegelgladde zee. Verder dan de omringende baai kon je evenwel niet kijken, want mist benam ook enig nader uitzicht. Rond 6 uur sloeg het weer drastisch om en er begonnen forse windvlagen de kop op te steken, net zoals er iemand een reuzengrote ventilator had aangezet. Er vormden zich witte kopjes op het wateroppervlak. De wind maakte wel dat de laaghangende wolken plaats ruimden en dat er tenminste weer wat van het omringende landschap te zien was.

Na het ontbijt ging het vlotjes in de richting van Egilsstadir. Op de bergpas tussen Borgarfjördur Eystri en Egilsstadir waren er nu geen sneeuwproblemen meer zoals vorige maand, maar de wind waaide nog stevig door en je moest je stuur stevig vasthouden. In Egilsstadir aangekomen reed ik direct door naar Reydarfjördur, waar ik mijn laatste IJslandse nacht zou doorbrengen in het guesthouse van de Belgische Marleen (die er nu evenwel niet was omdat ze ergens in IJsland aan het gidsen was).

Ik ging eerst nog eens langs bij een kleine plantenkwekerij om wat typische IJslandse planten zoals arctische wilgjes en een Alaskapopulier in te slaan.  Daarna ging ik de 5 kilometer lange tunnel door naar Fáskrudsfjördur, om er de splinternieuwe tentoonstelling over de Franse IJslandvissers te gaan bezoeken. Het vissersdorpje is steeds nauw verbonden geweest met Franse en Belgische vissers, maar vooral het dorpje Gravelines in Noord-Frankrijk had in de 19-de en de eerste helft van de 20-ste eeuw een speciale band met Fáskrudsfjördur. Er werd zelfs een heus ziekenhuis t.b.v. de Franse vissers in deze streek ingericht, waar zieke en gestrande IJslandvaarders werden verzorgd.

Het gebouw bestaat nog steeds en stond aan de overzijde van de fjord te verkommeren, totdat het werd verplaatst naar zijn oorspronkelijke locatie in Fáskrudsfjördur. Het werd volledig gerestaureerd tot een hotel met museum en is sinds heel kort (nauwelijks twee weken) opengesteld voor het publiek en (vermogende) toeristen die er willen overnachten.
De tentoonstelling is heel waarheidsgetrouw opgezet en bootst het interieur van een Goélette na, een zeilschip dat de Fransen bouwden en gebruikten voor de IJslandvisserij.

Na Fáskrudsfjördur besloot ik niet opnieuw de tunnel naar Reydarfjördur te nemen maar reed langs de oude weg die de Fáskrudsfjord tot aan zee volgt terug naar Reydarfjördur. Het was ondertussen mooi weer geworden en je had een prachtig uitzicht op de fjordenkust van Oost-IJsland.

In Reydarfjördur zocht ik nog een ideale plaats uit om een paar veelvuldig in IJsland voorkomende arctische lupines uit te stekken. Ik had het vorig jaar geprobeerd met kleine zaailingetjes, maar die hebben het toen niet overleefd. Nu probeer ik het met jonge planten, die ik direct in potten steek. Ik had daarvoor al een plantschopje aangeschaft en ergens twee plastieken bloempotten meegescharreld. Evenwel, het was gemakkelijker gezegd dan gedaan, want de grond in IJsland zit vol met keien. Uiteindelijk lukte het me om twee planten aan de grond te ontrukken en op te potten. Hopelijk overleven ze het deze keer. IJslanders begrijpen trouwens niet dat je die lupines met alle geweld wil meenemen, want hier worden ze als een ware plaag aanzien.  

Rond 19 uur ging ik naar het guesthouse van Marleen en ik werd er hartelijk ontvangen door haar IJslandse man Jón en Gunter, een Oostenrijker uit Graz die al drie jaar in grotendeels in IJsland woont. Algauw schakelden we over van het Engels naar het Duits en het werd een geanimeerd gesprek over IJsland, Steiermark, de Dachstein, en natuurlijk ook over Pichl, dat hij tot mijn verdriet niet kende (wel Schladming).   

Hierna trof ik de voorbereidingen voor de volgende dag, wat wil zeggen dat de dakkoffer terug van de auto moest. Zowat de gehele auto moest worden ontruimd om de koffer in de auto te krijgen en alles weer netjes errond te schikken. Bij de IJslandse buren had ik natuurlijk veel bekijks bij zoveel activiteit in hun straat.   
  

Nadat alles terug in de auto was geraakt maakte ik nog een kleine avondwandeling om nog eens te mijmeren over de voorbije mooie zes weken in IJsland en dan ging ik slapen, want morgenochten moet ik er relatief vroeg uit. De Norröna vertrekt morgen om 11.30 uur in Seydisfjördur, maar je moet er drie uren vóór het vertrek zijn, dus ik moet hier om 7.30 uur zeker kunnen vertrekken.

De baai van Borgarfjördur Eystri vanmorgen om 7 uur 
(Borgarfjördur Eystri, IJsland)
De baai van Borgarfjördur Eystri vanmorgen om 9 uur
(Borgarfjördur Eystri, IJsland)
Gravelines in Noord-Frankrijk was de thuisbasis van vele Franse IJslandvaarders
(Fáskrudsfjördur, IJsland)

De route die Belgische en Franse vissers naar IJsland volgden
(Fáskrudsfjördur, IJsland)
Gedenksteen aan de 400-tal schipbreuken van Franse vissersboten in IJsland
(Fáskrudsfjördur, IJsland)
Het eiland Skrudur voor de kust van de Oostfjorden
(Oostfjorden, IJsland)
Resten van een oude aanlegsteiger aan de rand van de Reydarfjord
(Reydarfjördur, IJsland)
Belgische gastvrijheid in IJsland: Hjá Marlín in Reydarfjördur
(Reydarfjördur, IJsland)

Groetjes van Sven