|
|||
IJSLANDREIS 2012
06-09-2012 >
07-10-2012
|
|||
|
|
|
|
Dag 25: zondag
30 september 2012
|
|||
Traject:
|
Keflavík
> Vík
|
||
Via:
|
Grindavík-Krysuvik-Seltún-Grindavík-Reykjavík-Hveragerdi-Selfoss-Hella-Hvolsvollur-Skógar-Dyrholaey
|
||
Kilometer auto:
|
308 km
|
||
Kilometer totaal:
|
5.287,3 km
|
||
Km-teller auto:
|
121.375
|
||
Weer:
|
Licht bewolkt
maar droog weer en in de namiddag brede opklaringen, 6 graden
|
DAG 25: DE SOLOTOCHT GAAT VERDER
3.45 uur: de wekker van
moeder Annie loopt ongenadig af. Even later wordt op de deur geklopt. Ook de
wekdienst van het hotel heeft zijn werk gedaan. Tja, voor mijn medereizigers
Lies, Annie, Jacqueline en Jan zit het verblijf in IJsland erop. Om 7.40 uur zal
een vliegtuig hen terug naar België brengen. Lies tot het rijk der wakkeren
bekeren op dit ontiegelijk vroege uur vergt heel wat overredingskracht, maar
uiteindelijk staan we na een vlug ontbijt en een korte rit door de regenachtige
nacht om 5.30 uur in Keflavík International Airport.
Terwijl Lies en haar
grootouders alvast naar de vertrekhal gaan maken Annie en ik een laatste rit in
de trouwe Skoda Octavia naar het Car Return Center. Er is niks aan te merken
(wat zou dat met zo’n goede chauffeur!) en na een kwartier staan we ook terug
in de vertrekhal. Dan gaat het allemaal snel: de bagage wordt ingecheckt en
rond 6.15 uur neem ik met spijt afscheid van mijn trouw gezelschap. Ik ga weer
alleen verder. Ik neem nog snel een kop koffie in de luchthaven vooraleer ik
mijn tocht voort zet.
Buiten gekomen regent
het nog steeds en om 7 uur is het ook hier nog steeds pikdonker. Ik besluit in
de richting van Reykjavík te rijden, niet echter om via een kleine omweg terug
langs de zuidelijke kustweg via Grindavík te rijden. De dageraad breekt rond
7.30 uur geleidelijk aan en wanneer ik in de buurt van Krysuvík ben komt een
opgaand waterzonnetje zowaar schuchter door het wolkendek piepen. Ik passeer
opnieuw het meer van Kleifarvatn en uiteindelijk ben ik rond 8.30 uur in het
centrum van Reykjavík. De stad slaapt nog half en ik probeer in de haven ook
nog een uurtje in de auto mijn ogen dicht te doen.
Rond 9.30 uur beginnen
de eerste tekenen van leven zich te manifesteren en ik maak een vroege
ochtendwandeling langsheen het Tjörninmeer. Om 11 uur loop ik nog even binnen
in Kolaportid, een overdekte rommelmarkt die zaterdags en zondags is geopend.
Ik kan er nog wat interessante boeken over IJsland op de kop tikken. Nadien doe
ik nog de ultieme inkopen in de Laugavegur, de belangrijkste winkelstraat van
Reykjavík. Ondertussen krijg ik een berichtje van mijn medereizigers dat zij
veilig in Brussel zijn geland.
Om 15 uur verlaat ik
Reykjavík in zuidoostelijke richting en rijd naar het 180 kilometer verder
gelegen Vík, waar ik de volgende nacht zal doorbrengen. Het is relatief druk op
de weg, maar dan vooral in tegengestelde richting waar de stedelingen weer
terugkeren naar huis na een weekendje op hun buitenverblijf te hebben vertoefd.
Na de ‘grotere’ steden Selfoss, Hella en Hvolsvöllur te zijn gepasseerd wordt
het snel rustiger op de ringweg.
Rond 18.30 uur passeer
ik Dyrholaey, het schiereiland dat het meest zuidelijke puntje van IJsland
vormt. Het bestaat uit torenhoge kliffen die in de zomer een broedplaats zijn
voor de vele vogels. In één van de kliffen zit een groot gat dat is uitgesleten
door de golven. De zee is op deze plaats heel onstuimig en metershoge golven
breken keer op keer stuk op het zwarte zandstrand of tegen de rotswanden. Een
prachtig schouwspel. Ik maak een uurtje durende wandeling naar de vuurtoren
bovenop het schiereiland en kom juist op tijd om de zon te zien ondergaan aan
de zuidwestkust. Aan de horizon zie ik de archipel van de Vestmannaeyjar (of de
Westmaneilanden) liggen. Achter mij baadt de kaap van Dyrholaey in het licht
van de ondergaande zon.
Het is nagenoeg donker
als ik rond 19.30 uur in Vík aankom. Ik meld me aan in de jeugdherberg en na
zeker te zijn van een bed voor de nacht ga ik op zoek naar wat avondeten in dit
meest zuidelijk gelegen stadje (voor onze maatstaven: gehucht) van IJsland.
Uiteindelijk moet ik me tevreden stellen met een hamburger uit het enige benzinestation
van kilometers uit de streek.
Moe van een extreem lange
dag ga ik rond 22 uur slapen. Ik wens jullie alvast ook een goede nacht.
Slaapwel
Sven
Geen opmerkingen:
Een reactie posten