IJSLANDREIS 2012
06-09-2012 >
07-10-2012
|
|||
Dag 12: maandag
17 september 2012
|
|||
Traject:
|
Akureyri > Ósar
|
||
Via:
|
Grund-Öxnadalsheidi-Varmahlid-Saudarkrókur-Skagaströnd
|
||
Kilometer auto:
|
358,0 km
|
||
Kilometer totaal:
|
2.940,6 km
|
||
Km-teller auto:
|
119.538
|
||
Kilometer fiets:
|
0,0 km
|
||
Kilometer totaal:
|
92,5 km
|
||
Km-teller fiets:
|
1.346,5
|
||
Weer:
|
Regenachtig
en grijs weer en in de bergen sneeuw. In de namiddag felle wind en
regenvlagen, 1 graad
|
DAG 12: RONDOM HET SCHIEREILAND
SKAGI NAAR VATSNES
Vanmorgen was ik eerst
rond 5 uur wakker en het begon licht te worden. Een vijfde grijze, natte dag
zat er aan te komen, daarvoor hoefde je geen Frank Deboosere te zijn. Ik draaide me nog eens om en het was
8 uur voor ik wakker werd, maar de zon was ondertussen nog steeds niet
tevoorschijn getoverd. Integendeel, het zag er even somber uit als drie uur
eerder.
Ik ruimde mijn kamer op
want vandaag was mijn verblijf in Akureyri ten einde. Ik laadde alles in de
auto en nam nog een uitgebreid ontbijt vooraleer de weg op te gaan.
Eerst stond er een
bezoekje aan een Byzantijns geïnspireerd kerkje in Grund op het programma. Het
gehuchtje lag op zo’n 20 kilometer ten zuiden van Akureyri, in een lange, brede
vallei omsloten door hoge besneeuwde bergtoppen. Er stond een stevige noordenwind,
die echt liet aanvoelen dat de temperatuur onder het vriespunt lag. Het kerkje
zelf was niet geopend, zodat ik enkel maar rond het gebouw kon lopen. Het leek
nog maar onlangs geschilderd en mag ongetwijfeld een pareltje worden genoemd,
één van de mooiste kerkjes die ik in IJsland heb bezocht, en dat zijn er al
heel wat.
Na mijn korte bezoek
reed ik terug naar het noorden in de richting van Akureyri en begon aan mijn
tocht van gisteren in de tegengestelde richting, terug de Öxnadalspas over in de
richting van het westen. De regen ging weer geleidelijk aan over in sneeuw en
de geelgroene weiden en akkers maakten plaats voor besneeuwde bergflanken.
Gelukkig bleef de sneeuw niet op het wegdek van de ringweg liggen en ik
geraakte zonder problemen bovenop de bergpas.
Na nog een uurtje rijden
kwam ik aan in Saudarkrókur, de tweede grootste stad aan de noordkust na
Akureyri, met zomaar eventjes een bevolking van 2.500 zielen. Het stadje ligt
aan de zuidoostkant van het schiereiland Skagi, dat als een tand de Noordelijke
IJszee in reikt. Het stadje zelf heeft naast een drukke vissershaven een
charmante stadskern,met heel wat oude huizen. Er wordt hier heel wat
gerestaureerd, onder andere een houten villa uit 1903, die met hulp van de
gemeente in zijn oude luister werd hersteld.
In het Ólafshús kon je
voor een redelijke prijs lekkere streekgerechten proeven en omdat het tegen
etenstijd liep schoof ik daar de voeten onder tafel. Vanavond zou ik immers
overnachten in de oude jeugdherberg-boerderij Ósar aan de oostkant van het
schiereiland Vatsnes, waar er in 50 kilometer geen restaurant te bekennen zou
zijn. Ik bestelde vers gebakken kabeljauwfilet in een smakelijke saus en geserveerd
met rijst. De vis smaakte overheerlijk en was waarschijnlijk vanmorgen pas
gevangen.
In de namiddag had ik
het plan opgevat om rond het schiereiland Skagi te rijden, omdat dit deel van
de noordkust mij nog onbekend was. Het weer wilde wel niet mee maar ik was hier
nu toch in de buurt. Eerst kregen we een prachtige weg doorheen het binnenland
van het schiereiland maar na een 20 kilometer moest ik de kustweg volgen en die
was in gravel aangelegd, vol met putten. Dee weg zou ik ongeveer 100 kilometer
moeten volgen en eerlijk gezegd, mocht ik het vooraf hebben geweten had ik me
de moeite kunnen besparen. Hoewel de omgeving er bij zonnig weer ongetwijfeld prachtig moet hebben uitgezien, hoe weinig was
er nu zichtbaar van al dat moois. Een koude wind en felle regenbuien maakten
dat je zelfs geen zin meer had om uit de auto te stappen om zelfs maar een
korte wandeling te maken. Jammer maar helaas.
Uiteindelijk kwam ik aan
de westkant van het schiereiland Skagi terug op het asfalt terecht en een
weinig later ook terug op ringweg 1, die me naar het volgende kleinere
schiereiland Vatsnes bracht, waar ik zou overnachten in de oude boerderij Ósar,
die is omgevormd tot jeugdherberg. Ik kreeg een kamer toegewezen in het
hoofdgebouw met een prachtig zicht op de baai waar zeehonden dikwijls liggen te
zonnen. Dat zal toch vandaag wel niet het geval geweest zijn.
In de jeugdherberg had
ik uiteindelijk ook internetverbinding waardoor het mogelijk was om met mijn
toekomstige reisgenoten Lies en Annie te skypen. We hadden elkaar veel te
vertellen want er was algauw een uurtje verstreken vooraleer we de verbinding
verbroken.
Ik heb nog een
kleinigheid gegeten en ben daarna mijn bed ingekropen om dit stukje aan de
computer toe te vertrouwen. Hierna gaat het licht hier ook uit en kunnen we dromen van een mooie
opgaande zon die hier normaal gezien morgen mijn kamer moet in schijnen, want ze
ligt pal op het oosten. In ieder geval slaap zacht en tot morgen.
Sven
Geen opmerkingen:
Een reactie posten