IJSLANDREIS 2012
06-09-2012 >
07-10-2012
|
|||
Dag 14: woensdag
19 september 2012
|
|||
Traject:
|
Djúpavik > Djúpavik
|
||
Via:
|
Gjögur-Nordurfjördur-Krossnes
|
||
Kilometer auto:
|
74,3 km
|
||
Kilometer totaal:
|
3.265,4 km
|
||
Km-teller auto:
|
119.862
|
||
Kilometer fiets:
|
0,0 km
|
||
Kilometer totaal:
|
92,5 km
|
||
Km-teller fiets:
|
1.346,5
|
||
Weer:
|
Overwegend
zonnig weer met wat wolkenvelden, temperatuur 8 graden
|
DAG 14: EEN DAGJE WANDELEN IN DE IJSLANDSE BERGEN
Vanmorgen werd ik wakker in mijn privécottage
Alfasteinn naast de voormalige haringfabriek in Djúpavik. De zon was al van de
partij en het beloofde een prachtige dag te worden, alhoewel een paar
wolkenvelden nooit ver weg waren.
Ik ging eerst gaan genieten van een uitgebreid
ontbijtbuffet in het nabijgelegen Hotel Djúpavik. Ik moest er immers kloek op
staan, want vandaag had ik een wandeldag ingelast. Ik heb de laatste 5 dagen
teveel in de auto doorgebracht door het slechte weer, dus nu zouden de benen eens
aan het werk worden gezet.
Rond 9.30 uur vertrok ik met rugzak de bergen in. Ik
moest eerst een karrenspoor volgen en dan was er een afslag recht de bergen in. In het begin kon ik de
paadjes volgen, maar in IJsland zijn de bergpaden niet zo goed aangeduid zoals
dat het geval is in Oostenrijk en Zwitserland. In het beste geval staat er om
de 200 meter een paaltje en is er niets gemarkeerd, laat staan dat er
wegwijzers staan. Al na een half uur wandelen was ik het spoor bijster. Niets
wees nog op de aanwezigheid van een bergpaadje en nergens in de wijde omgeving
was ook nog maar één paaltje te zien.
In de verte stonden wel op regelmatige afstanden
steenhopen of varda’s, dus ik besloot in die richting te gaan. Ik kwam
uiteindelijk weer op een pad terecht, maar dat bleek duidelijk niet het juiste
te zijn. Toen ik op de onduidelijke wandelkaart keek zat ik al veel te ver een
vallei in. Ik besloot niettemin dit pad verder te volgen om dan een aansluiting
te vinden op mijn oorspronkelijk geplande route. Het bleek echter een maat voor
niets, want het pad liep na een uur wandelen dood op een kloof waar een
waterval naar beneden stortte. Ik liep het pad dus terug in omgekeerde richting
af in de richting van Djúpavik. Het was ondertussen ruim na de middag en
besloot halt te houden voor een kleine pick-nick. Ik was bijna volledig terug
op het punt gekomen waar ik vanmorgen was vertrokken. Ik probeerde het pad dat
ik vanmorgen probeerde te volgen opnieuw te traceren aan de hand van paaltjes
en toen zag ik ineens hoe het een steile klim naar een bergkam volgde.
Ik besloot geen tijd meer te verliezen en begon aan de
steile klim, dit keer op het juiste pad. Omdat ik me ’s morgens al moe had
gelopen op het lange stuk dat naar nergens leidde had ik het wat moeilijk om
boven te geraken, maar uiteindelijk bereikte ik de bergkam. Mijn inspanning
werd beloond met een prachtig zicht op de Reykjarfjördur en de omringende bergen. Beneden strekte Djúpavik in zijn volle glorie
uit. Boven waren er bizarre rotsformaties en sommige rotspartijen hadden nog
duidelijke een hexagonale structuur, die erop wees dat heel lang geleden dit
gebied ook nog vulkanisch actie moet zijn geweest.
Na een uurtje begon het pad weer af te dalen in de
richting van de zee en rond 16.30 uur was ik terug in het dorpje. Aangezien ik
nog tijd had voor een kleine excursie nam ik de auto en reed de Strandvegur of
de befaamde route nr. 643 verder af naar het noorden, totdat die 35 kilometer
verder definitief stopte. In Krossnes passeerde ik venwel eerst nog een zwembad
dat werd verwarmd door een warmwaterbron. Het lag nauwelijks op 20 meter
afstand van woeste golven die de Noordelijke IJszee op het strand liet breken.
Alles ten noorden van dit punt was pure wildernis, die
enkel per boot kon worden bereikt en te voet kon worden doorkruist. Ik reed de
35 kilometer terug naar Djúpavik waar ik rond 19 uur aankwam en direct naar het
hotel ging voor een uitgebreid avondmaal.
Voila, deze nacht slaap ik voorlopig voor de laatste
keer alleen, want morgen komen mijn reiscompagnons Lies, Annie, Jacqueline en
Jan mij vervoegen. Zij landen om 15.15 uur in Keflavik, de internationale
luchthaven van Reykjavik en we zullen gedurende 10 dagen gezamenlijk verder
trekken door dit wonderbaarlijke land. Omdat het nog wel zo’n 350 kilometer
rijden van hieruit en je in IJsland gemiddeld zo’n 70 kilometer per uur aflegt
zal ik hier morgenvroeg niet te laat vertrekken.
Ik ga nu nog eens een kleine avondwandeling maken want
gisterenavond hadden bepaalde hotelgasten bij de heldere hemel het noorderlicht
menen te zien. Het was niet zo fel zoals we het kennen uit de boekjes (met
geelgroene flitsen), maar het moet wel een vreemd schouwspel zijn. Ik houd
jullie op de hoogte. Tot morgen
Sven
Geen opmerkingen:
Een reactie posten