zaterdag 22 september 2012

DAG 15: DAAR KOMEN DE BELGISCHE VIKINGEN!


IJSLANDREIS 2012
06-09-2012 >
07-10-2012





Dag 15: donderdag 20 september 2012

Traject:
Djúpavik > Gardur
Via:
Hólmavik-Brú-Bifröst-Borgarnes-Reykjvik-Keflavik
Kilometer auto:
404,0 km
Kilometer totaal:
3.669,4 km
Km-teller auto:
120.266
Kilometer fiets:
0,0 km
Kilometer totaal:
92,5 km
Km-teller fiets:
1.346,5
Weer:
Zeer zonnig weer, in de avond opkomende bewolking, 9 graden


DAG 15: DAAR KOMEN DE BELGISCHE VIKINGEN!
 


De dag begon weer heel zonnig vandaag. Ik moest vandaag een hele rit vanuit de Westfjorden naar het zuidwesten van IJsland afleggen. Vandaag moest ik immers op de luchthaven van Reykjavík een aantal Belgische vikingen gaan ophalen, die de volgende 10 dagen mij zouden vergezellen op mijn avonturenreis door IJsland. Twee daarvan hadden reeds vorig jaar al een bezoek gebracht aan dit prachtige land en twee wisten nog niet wat hen te wachten stond.

Na het uitgebreid ontbijt in hotel Djúpavik begon ik om 9.30 uur aan mijn volgens mijn GPS ingeschatte 375 kilometer lange tocht. De eerste twee uur had ik nauwelijks 60 kilometer afgelegd, want de route liep immers langs de beruchte ‘Strandvegur’ ofwtewel weg nummer 643, die zich moeizaam tussen de woeste kust en de hoge bergen slingerde.

Rond 12.30 uur bereikte ik de ringweg 1 in Brú, dat eenvoudigweg ‘brug’ betekent en waar niet veel meer is dan een benzinestation met een annex supermarkt en een restaurantje in een verder woest en desolaat landschap. Ik kocht me daar snel een sandwich en vulde de tank van mijn kikker nog eens vol en vervolgde mijn weg op ringweg 1, waarop ik nu een stuk sneller vooruit kwam.

Ik was snel in Borgarnes en via de tunnel onder de Hvalfjord reed ik in geen tijd de ring rond Reykjavík op. Vandaar was het nog 50 kilometer naar de internationale luchthaven in Keflavík. Daar kwam ik rond 15.15 uur aan, net op tijd om waarschijnlijk het toestel uit Brussel te zien landen, maar of het het juiste was weet ik niet, want ook in IJsland is het een komen en gaan van vliegtuigen.

Ik stond een twintigtal minuten te wachten in de aankomstlobby van deluchthaven en daar waren ze dan eindelijk: vikingen Lies en Annie en aspirant-vikingen Jacqueline en Jan. Na de uitgebreide verwelkoming gingen we op zoek naar een huurauto voor ons nieuwe gezelschap. Het werd een chique Skoda Octavia, die nauwelijks 11.000 kilometer op de teller had. Viking Annie oefende eerst wat rijlessen met haar nieuwe vehikel op de parking van de luchthaven en toen ze achtereenvolgens had ontdekt hoe je de lichten aanstak, de bolide achteruit kon laten rijden en dat sommige auto’s ook een handrem hebben om aan te trekken konden we na het inladen van alle bagage eindelijk op weg.

We reden naar het 15 kilometer verder gelegen Gardur op het noordwestelijke punt van het schiereiland Reykjanes, waar we onderdak hadden gereserveerd voor de eerste nacht. Mijn GPS stuurde me naar het vooraf ingestelde adres, maar uiteindelijk kwamen we uit aan de vuurtoren van het schiereiland. Omdat ik had begrepen dat ik geen kamers in de vuurtoren hadden gereserveerd moest het wel om een fout adres gaan. Geen nood, het nabijgelegen museum sloot juist de deuren en de medewerkers waren zo hulpvaardig om ons de juiste plek van ons onderkomen te wijzen. De uitbater van de guesthouse stond al klaar om ons hartelijk te ontvangen.

We kregen uiteindelijk twee splinternieuwe naast elkaar gelegen bungalows ter beschikking, compleet met ingerichte keuken en badkamer.
Na de aperitief zochten we in de omgeving van Gardur naar een geschikte plek om te eten. Door de locals werd ons gesuggereerd om te gaan eten in het nabijgelegen Sandgerdi in een vermaard vis- en kreeftenrestaurant. Toen we daar toekwamen bleek de kok evenwel ziek geworden (hopelijk niet van zijn eigen brouwsels?) en moesten we onverrichterzake uitwijken naar Keflavik, waar we nog een hotel open vonden met een van gezondheid blakende kok die in staat was om ons toch nog wat lekkers op tafel te toveren. Grootvader Jan had zelfs zodanig grote honger dat hij walvis bestelde. Gelukkig kreeg hij het hele beest niet geserveerd.

Rond 23 uur keerden we moe maar voldaan naar onze bungalows terug.
Zo, we hopen op mooi weer op de eerste dag van ons gezelschap in IJsland, maar het weerbericht laat evenwel andere dingen vermoeden. In ieder geval laten we het niet aan ons hart komen en verwachten hier een avontuurlijke 10 dagen te beleven.

In afwachting gaan wij nu naar onze knusse bedjes in onze mooi ingerichte bungalows toe en wensen wij u allemaal een zachte nacht.

Groetjes van Lies, Annie, Jacqueline, Jan en verslaggever Sven

Geen opmerkingen:

Een reactie posten