|
|||||||
|
|
IJSLANDREIS 2014
29-04-2014
> 27-05-2014
28-05-2014
> 29-05-2014
30-05-2014
> 13-06-2014
14-06-2014
> 25-06-2014
|
|||||
|
|
|
|
||||
Dag 13: zondag
11 mei 2014
|
|||||||
Traject:
|
Kópasker
(IS) > Husavik (IS)
|
||||||
Via:
|
Raufarhöfn-Ásbyrgi
|
||||||
Kilometer auto:
|
212 km
|
||||||
Kilometer totaal:
|
3.177 km
|
||||||
Km-teller auto:
|
003.417
|
||||||
Weer:
|
‘s Morgens
brede opklaringen, in de namiddag weer betrokken maar droog, 4 graden
|
||||||
DAG 13: OP WEG NAAR DE
NOORDPOOLCIRKEL
Strand met wrakhout op nauwelijks 2,5 kilometer onder de Noordpoolcirkel (Hraunhafnartangi, IJsland)
De dag
begon bewolkt, maar in noordelijke richting lonkte een blauwe hemel. Toen we ons
ontbijt hadden genomen, kwam de zon al aarzelend eens door het wolkendek piepen.
Met het weer zou het vandaag in tegenstelling tot de vorige dagen wel
meevallen.
Rond 10
uur verlieten we Kópasker en volgden het schiereiland van Melrakkaslétta in
noordelijke richting. Het asfalt maakte algauw plaats voor een gravelweg, die ons
een groot deel van het schiereiland zou vergezellen. De wolken maakten meer en
meer plaats voor de zon. We reden nu eens langsheen de kust, dan weer eens
dieper het binnenland in, maar afgezien van hier en daar een boerderij woonden
hier heel erg weinig mensen. Vooral de uitgestrektheid van het landschap was
overweldigend. Af en toe kregen we de indruk dat we op de maan rond reden.
Na
ongeveer 40 kilometer in noordelijke richting te hebben gereden, kwamen we aan
de noordzijde van het schiereiland. We naderden Hraunhafnartangi, het meest noordelijke
punt van Melrakkaslétta en van het IJslandse hoofdeiland. Hier passeert de
noordpoolcirkel op nauwelijks 2,5 kilometer voor de kust. Niet dat wij daar
iets van zagen natuurlijk, want het gaat enkel maar om een denkbeeldige lijn op
66°30’ noorderbreedte. Hier gaat op de nachten rond 21 juni de zon niet meer
onder. Hoe noordelijker je boven de poolcirkel gaat, hoe meer nachten deze ‘middernachtszon’
schijnt. In de winter gebeurt op 21 december net het omgekeerde. Dan komt de
zon een aantal dagen niet meer op boven de poolcirkel. Ook hier geldt: hoe
noordelijker, hoe meer dagen dat de zon niet meer is te zien.
Ondanks
het feit dat de zon ondertussen uitbundig scheen, bleef de temperatuur steken
op slechts 4 graden. Gelukkig stond er niet al teveel wind en was het ondanks
de koude nog draaglijk. Niettemin reden we verder en bogen af in zuidelijke
richting. We kwamen aan in Raufarhöfn, de meest noordelijk gelegen ‘stad’ van IJsland.
Aan de voet van de fel oranje gekleurde vuurtoren had je een schitterend
uitzicht op de Noordelijke IJszee.
De reis
ging verder in zuidelijke richting en we doorkruisten weer de uitgestrektheid
van de ‘poolvossenvlakte’. Na een halfuurtje rijden kwamen we terug aan het
beginpunt van onze rondrit over het schiereiland Melrakkaslétta.
Nu
gingen we verder in zuidelijke richting, waar we omstreeks de middag in Ásbyrgi
(IJslands voor ‘Godenburcht’) aankwamen. Deze 4 kilometer lange V-vormige kloof
wordt omringd door tot 100 meter hoge rotswanden. In het midden ligt Eyjan, een
steil oprijzend rotsmassief dat geleidelijk aan naar het zuiden van de kloof toe
oploopt.
Na het
eten en een bezoek aan het informatiecentrum van dit uniek stukje natuurschoon
beklommen we het Eyjanmassief en maakten een flinke wandeltocht die toch wel
anderhalf uur duurde. De oudjes hielden zich kranig, alhoewel pa toch wel af en
toe moest weten ‘hoever het nog was’.
Na de
wandeltocht gingen we nog een kijkje nemen op het uiterste einde van de kloof,
waar op de bodem uitgestrekte lage IJslandse berkenbossen groeiden. Hier en
daar lag er nog sneeuw en de eerste boompjes lieten aarzelend al hun knoppen
zwellen met nieuw frisgroen blad.
We
hadden inspanningen genoeg geleverd, en in de late namiddag reden we verder
naar het 50 kilometer westelijker gelegen Húsavik, bekend om zijn walvissafari’s.
We stapten even kort uit, maar de koude joeg ons al snel naar onze
overnachtingsplek 10 kilometer ten zuiden van het stadje.
Het avondeten
werd snel geprepareerd en hierna gingen we even snel gaan slapen, hoewel het
buiten nog steeds licht was. De zon was wel al een tijdje verdwenen en er was
weer een egaal grijs wolkendek voor in de plaats gekomen. Zolang het maar droog
blijft. We zien het morgen wel.
We zijn niet ver van de Noordpoolcirkel verwijderd
(Hraunhafnartangi, IJsland)
Natuurlijke stenen brug in de baai van Raufarhöfn
(Raufarhöfn, IJsland)
Eenzaam wachthuisje in de Jökulsá á Fjöllum
(Ásbyrgi, IJsland)
Op het hoogste punt van de Eyjan
(Ásbyrgi, IJsland)
Zicht
op de kloof van Ásbyrgi
(Ásbyrgi, IJsland)Bovenop de Eyjan
(Ásbyrgi, IJsland)
Wandelen tussen de lage berkenbossen in Ásbyrgi
(Ásbyrgi, IJsland)
In de haven
van Húsavik
(Húsavik, IJsland)
Ik bibber in jullie plaats :) :) :) Etienne 70 nie pleujen é!!!!
BeantwoordenVerwijderenPleujen doen ze nog nie, moar bibberen des te mier ;-)
Verwijderen