Føroyar
ÍSLAND 2013
29-05-2013 >
07-07-2013
|
||||
Dag 7: dinsdag
4 juni 2013
|
||||
Traject:
|
Elduvik
> Elduvik
|
|||
Via:
|
Leirvik, Klaksvik Arnafjordur,
Norddepil,Vidareidi, (Svínoy), (Fugloy), Kunoy
|
|||
Kilometer auto:
|
143 km
|
|||
Kilometer totaal:
|
1.684 km
|
|||
Km-teller auto:
|
150.463
|
|||
Weer:
|
Uitzonderlijk
zomers en zonnig weer, 22 graden
|
|||
DAG 7: NAAR DE OOSTELIJKE EILANDEN FUGLOY EN SVÍNOY
Het is vannacht nooit
helemaal donker geworden. Er was wel een diepe schemering maar het licht is
evenwel nooit weggeweest. Vanmorgen ontwaakten we met een gevoel van ongeloof.
Er strekte zich boven de baai een volmaakt wolkenloze hemel uit en het was om 8
uur reeds 15 graden. We waanden ons in het diepe zuiden in plaats van op de
Faeroereilanden, waar het voor hetzelfde geld ook in de zomer dagenlang kon
regenen en waaien. Niets van dat allemaal. We genoten van een uitgebreid
ontbijt met de ramen wijd open. Kurt kreeg een berichtje van ons thuisland dat
het daar somber en nat was, en dat de thermometers er een armzalige 12 graden
aanwezen. De omgekeerde wereld dus; de weergoden moeten zich hebben vergist,
maar daar waren wij op dit eigenste moment helemaal niet kwaad voor.
Rond 10 uur reden we ons
dorpje Elduvik uit, gekleed in korte broek en met enkel een T-shirt aan. We
waren van plan om vandaag de oostelijk gelegen eilanden van de archipel te gaan
verkennen. We gingen eerst een 5 kilometer lange toltunnel door naar Klaksvik
op het eiland Bordoy, de tweede grootste stad van de Faeroereilanden, met een
duizelingwekkend bevolkingsaantal van 5.000 inwoners. De tolrekening was wel gepeperd:
130 kronen of te wel ongeveer 17 euro is niet mis. Je mocht voor dit bedrag wel
in de heen- en terugrichting rijden. Via een omslachtig systeem moest je op de
terugweg in een benzinestation je rekening vereffenen.
We reden verder via het
eiland Bordoy en bezochten Arnafjordur, een alleraardigst vissersplaatsje aan
de gelijknamige fjord aan de zuidkant van het eiland. Er was zelfs een strand
van bijna wit zand en helderblauw water. Met deze zomerse temperaturen waande
je je echt in de mediterrannée.
Door een
aaneenschakeling van twee tunnels van elk wel 3 kilometer lang en slechts één
rijstrook breed (waarbij het tegenoverliggende verkeer, dat geen voorrang had, steeds moest uitwijken in daarvoor bestemde verbrede ‘haventjes’) kwamen we op
het eiland Vidoy aan, het meest oostelijk gelegen eiland dat verbonden was door
het wegennetwerk. Daar reden we naar Vidareidi, de meest noordelijke gelegen
nederzetting van de Faeroereilanden. De vergezichten op de hoge kliffen van de
naastliggende eilanden waren spectaculair.
In Vidareidi keken we
uit op de twee meest oostelijk gelegen eilanden Svínoy en Fugloy, die weliswaar
(schaars) bewoond zijn maar enkel via een boot te bereiken zijn. We kwamen onze
Nederlandse vrienden uit Rotterdam tegen (die we in Elduvik ook als eens tegen
het lijf liepen). We vernamen van hen dat die in de namiddag de postboot naar
Svínoy en Fugloy wilden nemen. Voor slechts 45 kronen (of 6 euro) kon je 2,5
uur met de boot meevaren. Ik probeerde Kurt te overhalen om mee te varen, maar
hij had nog grote twijfels. We besloten om eerst in het plaatselijke dorpsrestaurant
onze innerlijke mens te versterken en uiteindelijk lukte het me om Kurt rond
14.45 uur op de boot naar Svínoy en Fugloy te krijgen. Hij had zijn voorzorgen
genomen en een pilletje geslikt, hoewel me dat niet nodig leek want de
waterspiegel was bijna zo vlak als een biljartlaken.
We vaarden eerst een
smalle fjord uit en dan kregen we de hoge kliffen van het eiland Svínoy in
zicht. Op sommige plaatsen staken de rotswanden tot 500 meter boven de
zeespiegel uit. Het geschreeuw van broedende vogels was dikwijls oorverdovend.
Onze eerste halte was een kleine aanlegplaats aan de westzijde van het eiland
Svínoy. Er werd slechts kort halt gehouden. Na het afleveren van goederen werd
er weer verder gevaren in de richting van Fugloy. Dit eiland bleek zo mogelijk
nog dramatischer kliffen te hebben, die langs de ene zijden steil opliepen en
aan de andere zijde loodrecht in de oceaan afliepen. Hier hielden we telkens
een korte halte op twee plaatsen. Na nog een korte stop op het eiland Svínoy
vaarden we rond 17 uur terug onze vertrekhaven binnen.
Op de terugweg deden we
in Klaksvik nog wat inkopen voor het avondeten en na het vereffenen van de tol
voor de tunnel in het plaatselijke benzinestation reden we terug naar ons
huisje in Elduvik. Nadat we hadden gegeten, deden we nog een fikse
avondwandeling in de omgeving van het dorpje.
Het is nu middernacht
voorbij en buiten is het nog steeds licht en baadt alles in een lichte
schemering. We hopen dat het morgen alweer een zomerse dag mag worden en de
weerman hier in de Faeroer geeft ons bemoedigende signalen in zijn weerbericht.
In ieder geval gaan wij op ons zoldertje onder het grasdak genieten van een
hopelijk goede nachrust.
Slaapwel en laat het
slechte weer in België niet aan jullie hart komen. Wij doen dat ook niet
(grapje J)
Sven en Kurt
Geen opmerkingen:
Een reactie posten